In oktober diende de ChristenUnie twee amendementen in op de verordening. In het ene amendement werd voorgesteld voortaan te eisen dat ook de voorzitter van de Participatieraad in de gemeente Haarlem woont, zoals ook van andere leden van de participatieraad wordt gevraagd. Het andere amendement verduidelijkte dat de gemeenteraad ook buiten het college om advies kan vragen aan de Participatieraad. De gemeenteraad besloot toen eerst advies te vragen van de Participatieraad omdat de Participatieraad het recht heeft over wijzigingen van de verordeningen te adviseren. Omdat de Participatieraad positief was over deze voorstellen heeft het college van B&W de voorstellen van de ChristenUnie overgenomen zodat er niet meer over hoefde te worden gestemd.

AMENDEMENT Voorzitter ook Haarlemmer (ChristenUnie, Trots Haarlem, CDA, OPHaarlem)

De raad van de gemeente Haarlem bijeen op 30 oktober 2014,

gelezen de voorgestelde verordening participatieraad (versie 4 september 2014)

overwegende dat:

-          artikel 7 lid 1 van de verordening stelt dat de leden van de Participatieraad een aantoonbare binding met de Haarlemse samenleving en de belanghebbenden moeten hebben en woonachtig moeten zijn in de gemeente Haarlem

-          Artikel 8 lid 1 van de verordening ten aanzien van de voorzitter van de Participatieraad wel de aantoonbare binding vraagt maar niet eist dat de voorzitter in Haarlem woont

-          Haarlem als grote gemeente in staat moet zijn een voorzitter te vinden die in de gemeente woont

besluit

in de verordening aan artikel 8 lid 1 de volgende zin toe te voegen:

“De voorzitter is woonachtig in de gemeente Haarlem.”

en gaat over tot de orde van de dag.

AMENDEMENT Adviesrecht gemeenteraad (ChristenUnie, CDA, Trots Haarlem, OPHaarlem)

De raad van de gemeente Haarlem bijeen op 30 oktober 2014,

gelezen de voorgestelde verordening participatieraad (versie 4 september 2014) en het erratum op deze verordening met betrekking tot artikel 2 en artikel 4 lid 2 van deze verordening in de brief van 21 oktober

overwegende dat:

-          De gemeenteraad ook rechtstreeks de participatieraad om advies moet kunnen vragen, zonder tussenkomst van het college

-          Dit uitgangspunt door het erratum nu terugkomt in artikel 2 maar nog onvoldoende in artikel 4 lid 1,2 en 3

besluit

in de verordening artikel 4 lid 1, 2 en 3 als volgt te wijzigen (toevoegingen vetgedrukt, te verwijderen tekst doorgehaald):

1. De participatieraad adviseert gevraagd en ongevraagd het college. In voorkomende gevallen kan de gemeenteraad het college verzoeken om de Participatieraad om advies te vragen advies vragen. De Participatieraad kan, met redenen omkleed, besluiten om een ongevraagd advies aan de gemeenteraad te richten.

2. Wanneer het college of de gemeenteraad de Participatieraad om advies vraagt, neemt de Participatieraad voor het uitbrengen van haar advies de volgende termijnen in acht:

a. Vier weken als het gaat om een advies op een beleidsvraag van beperkte omvang

en/of waarbij de Participatieraad in het voortraject betrokken is geweest;

b. Zes weken als het gaat om een advies op een beleidsvraag van grotere omvang en/of waarbij de Participatieraad niet in het voortraject betrokken is geweest.

3. De Participatieraad kan het college of in voorkomende gevallen de gemeenteraad, met redenen omkleed, verzoeken van bovengenoemde termijnen af te wijken

en gaat over tot de orde van de dag.