Minder drempels maatschappelijke opvang
De druk op de maatschappelijke opvang voor daklozen is groot. Ondanks groei van het aantal bedden is de vraag groter en de doorstroming naar zelfstandige woonplekken gaat niet snel genoeg. De raadscommissie samenleving sprak over het Uitvoeringsprogramma Maatschappelijke Opvang dat verbetering moet brengen. De ChristenUnie is blij met de doorgevoerde verbeteringen maar kritisch over de nieuwe voorstellen zoals een forse verhoging van de eigen bijdrage en het toepassen van het woonplaatsbeginsel. Dit werpt drempels op terwijl drempels juist moeten worden verlaagd.
Lees hier de bijdrage van schaduwraadslid Rosa Barth-van den Boom:
Voorzitter, de ChristenUnie denk dat er prachtige slagen gemaakt worden. Ook van verschillende ketenpartners hoor ik goede verhalen over het contact met de wethouder. Ik dank de wethouder dat hij de lijntjes kort houdt met veldwerkers en zaken oppakt waar men tegenaan loopt. Natuurlijk zijn er verbeterpunten en net als anderen hier aan tafel heeft de ChristenUnie daar ook haar ideeën over, maar ik wil wel graag eerst gezegd hebben dat we blij zijn met de inzet van de wethouder om de situatie van daklozen in Haarlem te verbeteren. Dus daarvoor bedankt.
We hebben een grote groep daklozen in Haarlem. Alleen al in Haarlem-Centrum zijn het er 220, in de regio zo’n 500. In het afgelopen jaar is het aantal daklozen bijna verdubbeld, vooral ten gevolge van de recessie en de bezuinigingen op de geestelijke gezondheidszorg. Ook is er een grote stijging van het aantal jongeren en ouderen dat dakloos wordt.
Dit legt een enorme druk op onze maatschappelijke opvang. Onze opvanglocatie in de Wilhelminastraat blijkt nog geen jaar na de opening veel te klein. Met spoed wil het college dan nu ook dagopvang in de Velserpoort gaan organiseren en regelingen versoberen. Zo wordt zelfs het recht op bad, bad en brood ter discussie gesteld voor mensen die niet uit de regio komen (door invoering van het zogenaamde woonplaatsbeginsel). Waarom vraagt het college niet aan de minister om in te grijpen bij die regio’s, die zich niet aan de afspraken houden?
Woonplaatsbeginsel
Waar ik het meeste van schrok, is dat in Haarlem kennelijk in de praktijk wél het woonplaatsbeginsel gehanteerd wordt. Ik heb vandaag iemand laten bellen naar de Brede Centrale Toegang. Het ging ongeveer zo: “Hallo, ik heb hier een man die al weken buiten slaapt op een parkeerplaats bij mij om de hoek. Kan hij bij jullie terecht?” “Ja, natuurlijk, laat hem hierheen komen en we kijken wat we kunnen doen.” “Oké. Klopt het dat hij terug gestuurd kan worden naar zijn oude woonplaats, omdat hij niet uit Haarlem komt?” “Ja, we kijken altijd eerst naar waar de persoon vandaan komt en nemen contact op met die gemeente om te kijken hoe hij terug kan.” Au. Ook van iemand anders hoorde ik dat als je bij de BCT binnen komt, je eerst uitgebreid bevraagd wordt, voordat je een bed krijgt. “Waar kom je vandaan? Wat is je ID? Waarom ben je in Haarlem? Waarom niet in Groningen, waar je vandaan komt? Je hebt geen recht om hier te zijn. Ik ga Groningen bellen voor een bed voor jou. Hier alsjeblieft: het is geregeld.”
Deze gang van zaken is voor te stellen, want we hebben een beddentekort, maar de persoon in kwestie is niet voor niets uit die plaats vertrokken. Vaak hebben ze daar problemen met stadsgenoten, schuldeisers, de politie of de gemeente en zijn ze ervandoor gegaan. Velen hebben een posttraumatische stress-stoornis, zijn apatisch geworden en kunnen weinig hebben. Het woonplaatsbeginsel is een enorme drempel om bij de BCT naar binnen te lopen, waardoor ze op dit moment buiten slapen in de regen, in tentjes en in portieken op allerlei locaties in Haarlem.
Aanmeldingstijd
De toegang tot nachtopvang moet laagdrempeliger worden. Waarom moet een dakloze zich bij de BCT tussen 9 en 12 uur ’s ochtends aanmelden om een bed te kunnen krijgen voor die nacht? Het gebeurt letterlijk dat bedden leeg blijven, omdat mensen verzuimd hebben zich in de ochtend aan te melden. Terwijl we zo’n tekort hebben!
Als ik om 21 uur ’s avonds op het station een dakloze vindt in een slaapzak, dan wil ik hem meenemen en naar de nachtopvang brengen. Dat kan dus niet. Je wordt niet opgevangen met “Je krijgt eerst een bedje en dan praten we morgen verder.” Nee, eerst moeten ze door een heel gesprek, waar ze de hemd van het lijf wordt gevraagd, waar ze helemaal geen antwoord op willen of kunnen geven en je loopt ook nog het risico gedwongen te worden terug te gaan naar je oorspronkelijke gemeente.
Waar is de barmhartigheidsclausule?
Wij willen graag een trajectloos bed, bad en brood
En dan is er nog de groep die wel een bedje wil, maar op dít moment geen behoefte heeft aan een heel traject. Het is goed bedoeld om deze mensen aan alle kanten te helpen aan een postadres, uitkering, dagbesteding en zelfs aan werk, ik lees daar mooie ideeën over in het uitvoeringsprogramma, maar gaat het werken? Op dít moment zitten ze in de overlevingsstand en het enige waar ze over kunnen nadenken is “Waar slaap ik? Wat eet ik? En waar haal ik mijn sigaretten vandaan?” Veel daklozen willen op dít moment gewoon buiten zijn en met niemand wat te maken hebben door hun trauma’s.
Wees laagdrempelig. Bied een bed. Een plek waar ze spontaan en ongedwongen kunnen schuilen. En bouw van daaruit het contact op, zodat het over een tijdje wel mogelijk wordt om iemand in een traject te krijgen.
Nieuwe woonvorm
Misschien is het wel tijd voor een nieuwe woonvorm. Ga voor een 0-locatie: een sobere opvang met letterlijk bed, bad en brood. Een zaal in met stapelbedden en douches. Waar ze gewoon even zonder gezeur kunnen schuilen. Waar je ook kunt slapen zonder eerst allerlei moeilijke vragen hoeft te beantwoorden en waar je altijd terecht kan, ook als ze even niet in de Wilhelminastraat mogen komen.
Ja, dit gebeurt. HVO Querido heeft door de laatste aanbesteding een monopolitiepositie gekregen. Dit brengt problemen met zich mee, want als iemand het verbruikt heeft bij HVO om wat voor reden dan ook en geschorst wordt, kan hij nergens meer terecht. Het zou heel fijn zijn als er een 0-locatie is, waar iedereen terecht kan, ook als je je niet netjes hebt gedragen bij HVO en ook als je na 12 uur ’s ochtends je gemeld hebt voor de nacht.
Postadres en aanvraag uitkering
Het is zo bizar lastig om in Haarlem een uitkering te krijgen, terwijl je er wel recht op hebt. Het is eerder regel dan uitzondering dat het langer dan drie maanden duurt, voordat de aanvraag rond is. Je moet een heel pakket aan papieren inleveren, alles wordt gecontroleerd. En als iets niet klopt, loop je ook nog het risico op een boete. Daklozen zijn aan het overleven. De meesten hebben geen goed inzicht en overzicht van hun papieren. Het is goed om zorgvuldig te werk te gaan, maar een hands-on mentaliteit houdt ook in dat je iemand het voordeel van de twijfel geeft, snel aan een uitkering helpt en dan kun je daarna alle checks uitvoeren.
De zorgvuldigheid zorgt ervoor dat mensen een enorme schuld opbouwen, want de nachtopvang kost iedere nacht geld en dat wordt alleen maar meer als de plannen van het college doorgaan om de prijs per nacht te verhogen. En ze hebben in die maanden geen geld om uit te geven, dus waar eten ze van? Waar betalen ze hun sigaretten van? Hun vervoer? Het gevolg is dat ze apatisch en boos worden. En dat is precies het verkeerde begin van een hulptraject als je succesvol wil zijn. Kortom, biedt deze doelgroep het voordeel van de twijfel. Ze hebben dat inkomen immers nodig om te zoeken naar een woning. En elke nacht op straat is er één teveel.
Om nog even terug te komen op die 10 euro per nacht. Ik schrok hier enorm van en heb direct om een reactie gevraagd van Joris Obdam. Hij is straatpastoor van Stem in de Stad en kent zo’n 120 daklozen in Haarlem. U kent hem waarschijnlijk wel. Hij zegt en ik citeer graag: “De prijs per nacht verhogen naar 10 euro is ridicule. Het is opvang. 10 euro per nacht riekt naar verkapte huisjesmelkerij. Een 0-locatie dient dan ook gratis te zijn.”
En wat ik ook heel schrijnend vind, is dat uitkeringen per direct stopgezet worden als de persoon in kwestie zijn of haar post niet ophaalt. Geef mensen een coulance. Voor je het weet zit je weer in een heel aanvraagproces voor die uitkering. Ben je wéér minimaal 3 maanden verder, voordat je weer aan je integratie kan werken. Er gaat zoveel tijd overheen. Dit is niet waar we een dakloze willen hebben. Hij of zij hoort ruimte te krijgen om het leven weer op de rit te krijgen. Dit soort acties van de gemeente vertragen dat proces.
Conclusie
Kortom, het is tijd voor een hands-on mentaliteit. Schrap de aanmeldingstijden, plaats nieuwe bedden. Laat mensen schuilen. En maak de aanvraagprocedure voor een uitkering en een postadres makkelijker.
Let wel, ik ben erg kritisch, maar wij vinden wel dat de gemeente mooi slagen heeft gemaakt de afgelopen jaren. Het contact met ketenpartners is erg verbeterd, we weten dat de wethouder nauw contact heeft met organisaties en dat ook de lijntjes met de veldwerkers korter zijn geworden. We zijn erg blij met de maatregelen die er genomen zijn. Als je bedenkt dat in de jaren 80 en 90 niet eens bekend was bij de gemeente dat we daklozen hadden in Haarlem en dat we nu al zoveel verder zijn. Wij zijn daar erg dankbaar voor en vinden het fantastisch dat we in deze fase praten met elkaar over hoe onze maatschappelijke opvang nog beter kan.
Schrijf een reactie via Facebook