Veiligheid

Samen met alle inwoners, ondernemers en bezoekers maken wij Haarlem. De overheid moet er zijn voor de burger en mag niet uitgaan van wantrouwen. Regels moeten uitgaan van de menselijke maat. Er moet altijd ruimte zijn voor maatwerk.

De ChristenUnie wil recht doen aan elke inwoner van Haarlem en Spaarndam. Aan iedereen die bijdraagt aan de samenleving én aan iedereen die een helpende hand nodig heeft. Recht doen aan woningzoekenden, aan de schepping, aan burgers die zorg nodig hebben en aan de waardevolle inzet van ondernemers voor onze regio

Zo gaan wij recht doen:

  1. Haarlem 17.500 nieuwe woningen
    De woningnood is hoog. Er moet meer gebouwd worden. We doen dit slim zodat er ook ruimte is voor extra groen. Maak van de Waarderpolder een aantrekkelijk gebied door wonen en werken te combineren!
  2. Goede zorg en ondersteuning
    Investeren in jeugd door coaching en opvoedondersteuning zodat jeugdzorg minder vaak nodig is. Meer aandacht voor mensen met dementie. Geef alle mantelzorgers jaarlijks een cadeaubon als blijk van waardering.
  3. Een groene en schone stad
    Maak energiebesparing topprioriteit en schone energie betaalbaar voor iedereen. We planten tenminste 2500 extra bomen en strijden tegen verstening van de openbare ruimte.
  4. Betere bereikbaarheid
    Wij investeren in aantrekkelijke doorfietsroutes en busbanen en lobbyen voor rechtstreekse treinen naar Utrecht en Almere. De eerste parkeervergunning wordt goedkoper, de tweede duurder.

Wij willen dat iedereen recht wordt gedaan in Haarlem. Meer hierover weten? Bekijk dan hieronder een alfabetisch overzicht van de standpunten uit ons verkiezingsprogramma.

Liever wat minder tekst? Lees dan ons verkiezingsmanifest!

Standpunten A t/m Z

Veiligheid

  • Jaarlijks veiligheidsoverleg. De gemeenteraad moet een stevige vinger aan de pols houden bij beleid van de veiligheidsregio. Minstens één keer per jaar moet er daarom overleg zijn tussen gemeenteraad, burgemeester, politie en openbaar ministerie waarin gesproken wordt over de resultaten van de inzet van mensen en middelen, onderlinge samenwerking, aanrijdtijden e.d. van politie, brandweer en ambulances en de prioriteiten voor het volgende jaar.
  • Inwonersparticipatie. Elke buurt of wijk heeft een eigen aanpak nodig. Inwoners, ondernemers, scholen, politie, woningcorporaties en welzijnswerk worden (eventueel per wijk) betrokken bij de analyse van veiligheidsproblemen en bij het opstellen van het veiligheidsplan en de prioriteiten.
  • Straatintimidatie. Haarlem gaat (seksuele) straatintimidatie aanpakken en neemt hierover een bepaling op in de Algemene Plaatselijke Verordening.
  • Doe Normaal-contract. Haarlem gaat werken met Doe Normaal-contracten waarin notoire overlastgevers beloven zich beter te gaan gedragen. Wie zich niet aan de regels van het contract houdt, riskeert een bevel van de burgemeester. Hiermee kan iemand die daarna opnieuw de fout in gaat strafrechtelijk worden vervolgd.
  • Voorkom ontstaan criminele jeugdgroepen. Zorg voor een goede en doortastende aanpak van politie en justitie op het gebied van criminele jongeren en goede samenwerking en communicatie met het jongerenwerk, scholen en ouders niet alleen bij de uitvoering van preventiemaatregelen en voorlichting, maar ook bij het opzetten daarvan. Voorkom dat jongeren afglijden naar criminaliteit.
  • Groepsaanpak jongerenoverlast. In wijken waar groepen jongeren georganiseerd overlast veroorzaken, wordt een groepsaanpak opgesteld in overleg met het Veiligheidshuis en jongerenwerkers. Harde kern en meelopers worden geïdentificeerd en ouders en netwerken betrokken om de overlast terug te dringen.
  • Overleg met middelbare scholen. Voor scholen is het een grote drempel om zorgwekkend gedrag van leerlingen aan de politie te melden. De stap naar de politie is vaak te groot en te drastisch. Toch signaleren scholen vaak als eerste dat het met een leerling de verkeerde kant uit gaat. In een geregeld overleg kunnen zorgcoördinatoren van scholen, gemeente, CJG en politie hun zorgen uitwisselen over jongeren die dreigen het verkeerde pad op te gaan. Daarbij is preventie het uitgangspunt.
  • Kosten verhalen. De kosten van vandalisme worden verhaald op daders.
  • Cameratoezicht. Dit kan een middel zijn om de veiligheid (of veiligheidsbeleving) te vergroten. Met dit middel moet wel heel terughoudend en zorgvuldig omgesprongen worden (privacy) en in een goede cyclus van beleid, uitvoering en evaluatie.
  • Tijdig signaleren radicalisering. Radicalisering en daaruit voortvloeiend terrorisme vormt een bedreiging voor de manier waarop wij in Haarlem in vrijheid en veiligheid leven. Het kan levens verwoesten, drijft families tot wanhoop en laat professionals soms verslagen achter. Radicalisering ontstaat als personen of groepen opvattingen ontwikkelen die haaks staan op de democratische rechtsorde en bereid zijn daar in de praktijk consequenties aan te verbinden. Door goede samenwerking met politie, regiogemeenten, jongerenwerkers, scholen en maatschappelijke organisaties is de gemeente alert om radicalisering tijdig te signaleren en tegen te gaan.
  • Jongeren weerbaar maken tegen radicalisering. Naast het beschermen van de samenleving, heeft de overheid ook een taak bij het beschermen van de individuele (minderjarige) burger. Aanpak van radicalisering bestaat daarom ook uit het weerbaar maken van individuen tegen radicaal gedachtengoed. Vooral jongeren die op zoek zijn naar hun plek in de samenleving zijn kwetsbaar. Het risico op radicalisering kan verkleind worden door goede scholing vanaf het begin (bijvoorbeeld voorkomen taalachterstand bij peuters), goede huisvesting en betere kansen op de arbeidsmarkt.
  • Georganiseerde criminaliteit bestrijden. Criminelen gebruiken vaak vastgoed om crimineel verkregen gelden wit te wassen. Dit vraagt een oplettende houding van de gemeente. Bijvoorbeeld door aandacht te schenken aan het gebruik van winkelpanden of horecapanden op een manier die nauwelijks rendement kan opleveren. De gemeente werkt hierbij nauw samen met het RIEC (Regionale Informatie en Expertise Centrum).
  • Aanpak ondermijning op wijkniveau. In het project Lelie is succesvol ondermijning op wijkniveau in de Transvaalbuurt aangepakt. Deze wijkaanpak breiden we uit naar andere wijken als er signalen zijn dat dit nodig is. De gemeente betrekt de inwoners actief bij het herkennen van en signalering van (vermoedens van) ondermijnende activiteiten en het melden hiervan.
  • Voorkomen huiselijk geweld. De gemeente spoort burgers aan melding te doen bij vermoeden van huiselijk geweld. Veilig Thuis, het advies- en meldpunt voor huiselijk geweld en kindermishandeling, moet laagdrempelig bereikbaar zijn en bekend bij alle inwoners van Haarlem. Ouderenmishandeling krijgt de komende periode meer aandacht. Hiervoor overlegt de gemeente met mantelzorg- en ouderenorganisaties.
  • Preventie kindermishandeling. Al bij de zwangerschap moet er aandacht zijn voor (hoog) risicosituaties. Consultatiebureaus (CJG/JGZ) bieden opvoedondersteuning in bijvoorbeeld het omgaan met huilgedrag van baby’s.
  • Aanpak eergerelateerd geweld. Samen met partners in de stad wordt maximaal ingezet op het voorkomen van eergerelateerd geweld en genitale verminking.